In de herfst ruikt ons huis regelmatig naar een verse appeltaart. Eigenlijk ook in de rest van het jaar, maar in de herfst net even wat vaker. Het is appeltijd. Samen appeltaart bakken is bovendien in ons gezin een gezellig tijdverdrijf. Wat kun je je hierbij voorstellen? Welnu: vier kinderen die héél behulpzaam zijn, zodra ze in de gaten hebben dat er een deeg gemaakt is. Op de een of andere manier blijven ze maar ronddrentelen. Op zoek naar dat ene stukje overgebleven deeg. Ach, ik kan me dat heel goed voorstellen. Ik vond deeg vroeger (ahum, nu nog steeds) ook heel erg lekker. De kinderen helpen mee met het schillen van de appels, in stukjes snijden en voorzien van wat suiker en kaneel. Het onderstaande recept levert een redelijk grote appeltaart op, doorsnede 24cm. Met voldoende deeg om er ook nog wat van te snoepen en van het eventuele restant wat snelle zandkoekjes te bakken.
Nodig
voor de taartbodem:
- 300 gram bloem
- 200 gram roomboter
- 100 gram suiker
- 1 ei
- een stuk of 6 goudreinetten
- kaneel en suiker naar smaak voor door de appelstukjes
- 1 a 2 el abrikozenjam
- evt nog wat stukjes gedroogde abrikoos
- springvorm van 24cm
- 60 gram bloem
- 60 gram suiker
- 2 el gesmolten boter, ietwat afgekoeld
- snuf kaneel
Bereiding
- verwarm de oven voor op 160 graden.
- kneed een deeg van de bloem, suiker, boter en het ei.
- druk het deeg plat (maak er een ronde schijf van, hoeft niet dun), verpak het in wat plastic en leg het ongeveer een half uurtje in de koelkast te rusten.
- Schil de appels en snij de appels in kleine blokjes. Het formaat blokje is persoonlijk. Zelf hou ik wel van hele kleine stukjes, waardoor je een soort van dikke appelmoes-met-stukjes in de taart terugvindt. Hou je de stukjes groter, dan zul je juist echte stukken appel proeven.
- Vermeng de appelstukjes met kaneel en suiker naar smaak.
- Als je ook stukjes gedroogde abrikoos in de taart wilt, snij deze dan ook klein.
- Bekleed de springvorm met bakpapier of smeer de vorm in met wat boter.
- Haal het deeg uit de koelkast en rol het met een deegroller uit tot een lap deeg. Grootte: maakt ook niet uit, zolang je maar voldoende hebt voor de bodem en de zijkanten. Ik rol meestal het deeg uit en zet dan de springvorm erop. Op die manier valt goed in te schatten of je voldoende gerold hebt.
- Als je voldoende gerold hebt, zet dan de springvorm ondersteboven op de lap deeg en druk deze aan. De cirkel past precies op de bodem van de springvorm.
- Van de rest van de lap kun je makkelijk repen snijden, waarmee je de zijkant van de springvorm kunt bekleden.
- Zorg dat alle naadjes gladgestreken zijn en dat de zijkanten aan de onderkant vastgeplakt zijn.
- Smeer de abrikozenjam op de bodem uit. Desgewenst kun je hier de abrikozenstukjes overheen leggen.
- Doe dan de appelstukjes in de vorm.
- Vouw de bovenrand van het deeg over de appelstukjes.
- Maak het kruimeldeeg door alle ingrediënten bij elkaar te doen. Ik ben in het gelukkige bezit van een KitchenAid keukenrobot, die al het werk voor me doet. Heb je die niet en ook geen alternatief, wrijf dan gewoon de ingredienten door elkaar totdat je wat kruimels hebt.
- Strooi de kruimels over de taart.
- Bak de taart ongeveer een uur in de oven op 160 graden.
Geen idee of je de taart ook kunt invriezen, zover redt een gemiddelde taart het in ons gezin niet. Wat ik wel weet is dat je het deeg prima kunt invriezen. Ik gebruik dezelfde hoeveelheden voor zandkoekjes, voor het bekleden van kleine bakvormen etc. Meestal maak ik een dubbele hoeveelheid en vries ik de helft in. Ik laat het ontdooien bij kamertemperatuur of, als ik er op tijd aan denk, een dag van tevoren in de koelkast.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten