Worstenbroodjes

In de kerstvakantie heb ik, in de lijn van een goede Brabantse traditie, worstenbroodjes gebakken. Het vinden van een goed recept was al jaren niet gelukt. Of het deeg was niet lekker, of het gehakt was gortdroog, of beide. Dit jaar kreeg ik van een medebakster dit recept. En eindelijk heb ik dan een lekker worstenbroodje kunnen maken. Als je gehakt koopt, dan zou ik gemengd gehakt nemen, omdat alleen rundgehakt veel te droog zal zijn. Ik heb zelf gehakt gemaakt door 250 gram sukadelappen en 250 gram speklappen (zonder zwoerd) tot gehakt te malen en te vermengen. Dat is met recht een goede combinatie: het gehakt blijft in het broodje sappig genoeg. Eerlijk is eerlijk: het is niet iets dat je eventjes gauw tussendoor maakt. Ik was er wel een tijdje mee bezig. Dit recept levert 12 worstenbroodjes op. Je kunt ze invriezen. Ik heb de eerste keer een dubbele hoeveelheid gemaakt, met de gedachte dat ik dan de komende twee maanden regelmatig wat worstenbroodjes kon opwarmen. Niet dus, de totale voorraad was binnen twee weken op. Zelfs drie kinderen lusten het. Een mirakel.

 

Nodig

• 50 gram boter
• 300 ml lauwwarm water
• 500 gram bloem
• 2 tl zout
• 1 zakje gedroogde gist
• 500 gram gemengd gehakt
• gehaktkruiden naar smaak
• 1 el mosterd
• 1 ei, losgeklopt

Bereiding

1. Smelt de boter in een steelpannetje.
2. Meng in een kom de bloem, gist en zout.
3. Vermeng de gesmolten boter met het water en voeg dit aan het bloemmengsel toe.
4. Kneed er een soepel deeg van, dek de kom af en zet het deeg ongeveer een uur op een warme plaats te rijzen.
5. Neem het deeg uit de kom, kneed even door en vorm er 12 bolletjes van. Ik wilde graag gelijke worstenbroodjes (qua grootte) en heb het deeg dan ook eerst gewogen om vervolgens 12 even zware bolletjes te kunnen maken.
6. Zet deze bolletjes nog ongeveer een half uur op een warme plaats te rijzen.
7. Meng in een kom het gehakt met de kruiden en de mosterd en de helft van het ei.
8. Vorm van het gehakt 12 worstjes. Ik heb het gehakt gewogen en zo wist ik hoeveel gehakt er per worstje nodig was.
9. Verwarm de oven voor op 200/220 graden (afhankelijk of je oven snel te warm wordt of niet).
10. Rol ieder bolletje deeg met de deegroller uit tot een ronde lap van ongeveer 18 cm doorsnee.
11. Leg aan het begin van de plak deeg een worstje, rol dan tot de helft van de cirkel op, vouw de zijkanten naar binnen en rol door. Leg het broodje op de naad op het bakblik.
12. Bestrijk de worstenbroodjes met het overgebleven ei en bak ze in ongeveer 25 minuten goudbruin en gaar.

Zoals gezegd: invriezen kan makkelijk. Als je de worstenbroodjes van tevoren ontdooit, dan volstaat opwarmen binnen 8 minuten (180 graden). Zijn ze nog niet ontdooid, dan kun je de worstenbroodjes langer opwarmen, maar zet dan de temperatuur van de oven lager (ongeveer 150 graden).