3 februari 2013

Atjar tjampoer

Nu man wat meer tijd thuis heeft, is hij ook weer meer aan het koken geslagen. Vanwege het Oosterse weekeinde dat voor de deur stond, besloot hij atjar tjampoer te maken: ingelegde groenten. Lekker zoet en lekker zuur. Een fijn gerechtje voor bij de Oosterse maaltijd. In eerste instantie dacht hij er een flinke tijd mee bezig te zijn, maar het viel reuze mee. Zegt hij. We hebben de atjar kunnen verdelen over vier jampotjes en hopelijk kunnen deze maanden mee. We shall see. Eigenlijk kun je allerlei groenten gebruiken, net waar je zin in hebt. Alleen bladgroenten moet je hierbij niet gebruiken. Maar je kunt varieren met bijvoorbeeld bamboescheuten, sperzieboontjes, andere kleuren paprika. Zorg dat de potten, waarin je de atjar wil bewaren, steriel zijn. Goed uitgekookt en gedroogd dus.



Nodig
  • 225 gram bloemkool
  • 225 gram witte kool
  • 200 gram wortel
  • 125 gram taugé
  • 1 rode paprika
  • 2 uien
  • 2 teentjes knoflook
  • 1 rode peper, zonder zaadjes
  • olie
  • 1 tl laos
  • 1 tl gemberpoeder
  • 3 kemirienoten
  • 1 el kurkuma
  • zout
  • 1 el mosterdpoeder
  • 40 gram suiker
  • 3/4 liter witte natuurazijn
  • 3/4 liter water
  • een stuk of 4 schone potten

Bereiding
  1. Was alle groenten. Snij de bloemkool in kleine roosjes. Rasp de wortel. Snij de witte kool in hele dunne reepjes. Snij de paprika in hele dunne reepjes (zorg dat het wit van de zaadlijsten weggesneden is).
  2. Rasp de kemirienoten fijn (of gooi ze in de blender).
  3. Snij de ui en knoflook ragfijn en fruit deze even in hete olie.
  4. Voeg de laos en gemberpoeder toe en fruit even mee.
  5. Snij de rode peper in hele dunne ringetjes en fruit deze ook even mee.
  6. Kook de groenten in een mengsel van azijn en water, zorg dat de groenten helemaal onder staan. Maar gebruik niet alle azijn en water. Voeg ook een halve tl kurkuma toe. Let erop dat je eerst de groenten kookt, die de langste kooktijd nodig hebben. De taugé als laatste dus.
  7. Als de groenten gaar zijn, giet dan af en bewaar het kookcvocht.
  8. Proef wat de smaak van het kookvocht is. Proef eerst even of het vocht te zuur is. Als het te zuur is, dan kun je wat water bij voegen. En als het juist niet zuur genoeg is, dan kun je wat azijn toevoegen.
  9. Vervolgens voeg je twee eetlepels suiker bij. Vind je het vocht dan nog niet zoet genoeg, voeg dan wat meer suiker bij.
  10. Doe wat zout en het mosterdpoeder erbij.
  11. Houd een halve liter kookvocht apart (dit heb je niet meer nodig). Voeg bij de rest van het kookvocht het kruidenpapje (ui, knoflook en kruiden) en voeg ook de groenten weer bij. Breng aan de kook.
  12. Schep met een schuimspaan (of giet het af en bewaar het kookvocht) de groenten en verdeel deze over de potten. Schep de potten helemaal vol en druk de groenten goed aan.
  13. Giet het kookvocht in de potten, zodat de groenten helemaal onder staan.
  14. Klop voorzichtig met de potten op een theedoek of handdoek, zodat eventuele luchtbellen verdwijnen.
  15. Doe de deksels op de potten en laat afkoelen. Doordat je de potten met het hete mengsel vult en meteen de deksels erop schroeft, trekken de deksels direct vacuüm.
  16. Je kunt de potten in een donkere kast bewaren of in de koelkast. Wacht een paar dagen voordat je de atjar eet, dan smaakt hij het beste.
  17. Eenmaal geopende potten kun je maximaal een week goed houden. Ongeopend blijft de atjar maanden goed.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten